Vanochtend, maandagochtend, had ik wat moeite om te beginnen aan mijn werkweek. In de eerste plaats was het al lastig om mijn warme bed uit te komen.Wat was het koud in huis!
De kamerthermometer wees 10 graden aan! Er kwamen nog net geen wolkjes uit mijn mond.
Terwijl ik onder een warme plaid mijn thee opdronk, kwam er een beeld bij me op van een knetterend vuurtje. Dat beviel me wel.
Ik concentreerde me op het vuur en zag hoe mooi en gecontroleerd het brandde. Ik ging meer zien van de omgeving: een beschutte plek in het bos, met eikenbomen er om heen. Dat kwam goed uit, want er lagen nog genoeg eikeltjes, om er af en toe wat van in het vuur te gooien. Het rook heerlijk! Ook de geur van schroeiende bladeren en paddenstoelen drong tot me door.
Terwijl ik me warmde aan de thee en het vuurtje, bedacht ik dat ik dit wel heel gemakkelijk met me mee kon nemen, dus toen ik even later op de fiets zat, bleef ik me erop concentreren. Het vroor - 4 graden, maar ik voelde me warm van binnen.
Na een paar uur was ik flink verkleumd, maar mijn stemming bleef goed, want innerlijk voelde ik me veilig en warm.
En alles wat op me af kwam, en wat ik niet wilde bewaren, kon ik gelijk in het vuur gooien, zodat ik alles wat negatief was, meteen kon omzetten in een heerlijk verwarmend vuurtje. Knus!
Morgen ga ik ermee tussen de kastanjebomen zitten, want ik ben gek op gepofte kastanjes!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten