dinsdag 22 november 2011

Weerloos

Soms is de ellende die op me af komt via t.v. of verhalen van mensen om me heen zo zwaar. Dan kan ik het niet los laten en voel ik me er verdrietig of angstig door. Gister tijdens het mediteren had ik daar weer eens last van en ik vroeg aan mijn Gidsen of ze me willen helpen om daar meer weerstand tegen te hebben. Tegelijk voelde ik dat het woord  "weerstand" op zich al strijd in zich draagt. Het antwoord dat ik hoorde was:

Leven zonder weerstand is accepteren wat er is.
Leven zonder weerstand is vertrouwen dat wat er is, er is omdat het er mag zijn.
Liefde is zonder weerstand.
Liefde accepteert wat er is, omdat het er mag zijn, zoals het is.
In liefde zijn is weerloos zijn.

Accepteren wat er is...
Vertrouwen dat alles er mag zijn, vind ik moeilijk.
Kennelijk heb ik daar nog oordelen over en denk ik te weten wat goed is voor anderen. Mijn Gids heeft het niet over goed of fout, enkel over dat het er mag zijn zoals het is.
Als ik weerstand opbouw is dat vanuit angst, maar waar liefde is, kan geen angst zijn.
In liefde zijn is weerloos zijn.
Als ik werkelijk in liefde ben, dan kan ik dat accepteren.

maandag 14 november 2011

Een sterke man.

Eindelijk kon ik de voordeur achter me dicht trekken.
Met een veel te zware koffer en reistas ging ik op weg naar de Zomerweek  in Havelte. Een negendaagse retraite met de naam  “Jij bent het op wie je gewacht hebt”.
Op het perron keek ik uit naar iemand die me zou kunnen helpen met mijn bagage en ging ik op een bankje zitten, naast een man die er sterk uitzag.
Toen de trein kwam liep hij voor me uit, keek niet naar mijn gesleep, en stapte in.
Met moeite manoeuvreerde ik mijn koffer op wieltjes, met daar bovenop de reistas, in de richting van de trein.
Er kwam nog een man aanlopen. Hij had een apart loopje, best kwiek, maar ook zag ik in één oogopslag dat hij twee kunstbenen had. Het was zichtbaar, want hij droeg een korte broek. Net onder zijn knieën begonnen de protheses die gedeeltelijk, door kniekousen bedekt werden. Tegelijk kwamen we bij de treindeur aan, net toen mijn gestapelde bagage begon te kantelen.
“Gaat het?”, vroeg hij.
“Nou, nee”, zei ik, terwijl ik probeerde het hele spul in de trein te tillen. De zwaartekracht hielp goed mee, want mijn reistas tuimelde al naar binnen.
“Weer iemand die slaaf is van zijn bagage”, zei de man, die me hielp door de tas weer op te rapen. “Wil je naar boven of naar beneden?”
“Naar beneden lijkt me makkelijker, maar  het gaat wel, hoor”.
Ik pakte de koffer op en sjouwde het trapje naar beneden af. Net toen ik terug wilde gaan om mijn reistas, kwam de man er al mee aan.
Grijnzend liep hij de trap af en beneden gekomen overhandigde hij me  de tas. Het plezier straalde van hem af.
“Alsjeblieft”.
‘Dank u wel, heel fijn”. 
 De eerste stoel was nog vrij, dus daar kon ik gelijk neerzakken, met de verbazing nog op mijn gezicht, over wat me net was overkomen. Ik voelde verwarring, verbazing en schaamte.
Toen mijn verbazing gezakt was, kwam het bij me op dat het waarschijnlijk voor die man ook geweldig was geweest.  Wat een overwinning, om een  zware reistas van een vrouw de trap af te kunnen sjouwen! Er is vast een dag geweest waarop hij dat niet had durven dromen.
Was hij daar voor mij?
 Of was ik daar voor hem?
In ieder geval: mijn Zomerweek was begonnen.

woensdag 9 november 2011

Witte duiven


In de kinderboerderij ga ik graag kijken naar de schaapjes, de geitjes, de pauwen en de kippen. Ze hebben een goed verzorgd leventje.
 Er is een sappige wei en een afdak om te schuilen. Daar staan ook de troggen met voer en de drinkbakken.
 Net voor het afdak is de grond kaal getrapt en als het regent wordt dat één grote modderpoel.
Het is trouwens niet alleen modder wat daar ligt…laten we het maar drek noemen.
Bovenop die open stal staat een duiventil. Daar wonen schitterend witte duiven.
Zij hebben daar zo hun eigen luxe leventje. Ze hebben elkaar en beneden is er eten in overvloed.
In de drinkbakken kunnen ze badderen, maar het ware feest begint voor hen pas als het geregend heeft. De drek verandert dan in een inktzwarte modderpoel met lekkere diepe plassen.
Vol overgave storten de duiven zich er in. Ze slaan met hun vleugels en trappelen met hun pootjes, gaan kopje onder en schudden zich uit. De modderspetters vliegen in het rond.
Wat een prachtig gezicht en wat verbaas ik me erover, dat ze er elke keer zo spierwit ingaan en er ook zo spierwit weer uitkomen! Schitterend wit!
Het beeld van die duiven draag ik bij me. Ik denk er regelmatig aan als ik het gevoel heb dat ik in een modderpoel terecht gekomen ben.
Wat er ook maar gebeurt, als er met modder gegooid wordt of als ik uitglijd in de drek, in wezen blijf ik altijd dezelfde.
In wezen ben ik licht en liefde.
En jij ook. 

maandag 7 november 2011

De Engelen van liefde over het hart

In elke religie of spirituele stroming wordt gezegd dat liefde het belangrijkste is, of zelfs dat liefde alles is wat er bestaat. 
Gister was ik bij de lezing van Peter Toonen en  ook in zijn verhaal kwam er een moment waarop hij zei dat liefde de boel bij elkaar houdt. Hij zei dat het enige probleem op aarde is, dat we niet geleerd hebben om van ons zelf te houden. We voelen allemaal dat dat waar is, maar we hebben nog steeds nodig dat we daar aan herinnerd worden. Ook had hij een interessant verhaal over het hart, wat alleen maar gaat kloppen als er vanuit de ziel een wilskracht is, om het leven aan te gaan.
Wat de engelen van liefde via mij schreven gaat hier ook over:
Ze zeggen: 

"Liefde is de verbindende energie. Zonder liefde zou er totale chaos zijn.
Er zou beweging zijn, maar in geen enkel georganiseerd patroon.
Het zou eruptie veroorzaken, maar geen plan.
De liefde is de kracht die dingen laat gebeuren in vooruitgang, in elk plan dat dingen laat groeien en evolueren naar betere bestaanswijzen. Dat is waar liefde om gaat: evolutie, organisatie in beweging en groei.
“Waartoe?”vraag je.
Naar God, zou ik kunnen zeggen.
En wat is God? Totale liefde, liefde in perfectie.
We weten dat het gek klinkt, maar liefde is de adem van God, zou je kunnen zeggen, en in die adem kan iemand evolueren en groeien en worden zoals hij/zij/het: voor altijd in liefde.
Die adem gaat in en uit, voor eeuwig en eeuwig, om er voor altijd te zijn, in eeuwig bewegende beweging.
Als je lief hebt kun je voelen waar je hart gekwetst is. Als je lief hebt voel je de kneuzingen die er eerder in gekomen zijn.
Mensen raken gekwetst als ze liefhebben, als er niet op een gelijkwaardige wijze ook van hen wordt gehouden. Je kunt dan voelen waar de energie botst in de ruimte, waar die een andere energie op disharmonieuze wijze ontmoet.


Het hart als centrum.
Er is een plek die we het hart noemen. Dat is niet alleen een plek in je lichaam maar het is ook de energiebron van je hele systeem. En met systeem bedoelen we zowel je lichaam- als je ziele- energie.
Je zielsenergie is echt het hart van alles, want het is je ziel die de “besluiten van het hart” neemt. Het besluit om te leven of te sterven, maar ook hoe je gelukkig kunt leven.
Wat je gelukkig maakt is in wezen een kwestie van zielskeuzes.
Ook zorgt het er voor dat je er naar verlangt om de lessen te leren, die je nodig hebt om het niveau van je zielsenergie omhoog te brengen."